Geschiedenis van de Rooms-Katholieke Kerk te Hedel
Expositie in het Historisch Museum Hedel vanaf 1 november 2014
Het Historisch Museum Hedel, dat is gevestigd in het voormalig gemeentehuis van Hedel, houdt een expositie over de geschiedenis van de Rooms-Katholieke Kerk in Hedel vanaf 1 november 2014 tot januari 2015.
De geschiedenis van Rooms-Katholieke Kerk te Hedel
De beschreven geschiedenis van de kerk dateert uit 1292. De kerk werd vermeld op een perkament. De huidige hervormde kerk van Hedel is de plaats en het gebouw, waar de RK-kerk is geweest. Dit was een kruiskerk. Het is met name de zendeling Willibrord geweest, die in deze streken de invloed van het Christendom heeft gebracht. De oude middeleeuwse- en de huidige kerk van Hedel zijn dan ook aan hem gewijd, St. Willibordus. In 1e instantie behoorde de bommelerwaard tot het bisdom Utrecht. Bij invoering van hierarchie ging het over naar bisdom ’s-Hertogenbosch.
Op 31 oktober 1517 heeft Maarten Luther zijn 95 stellingen geslagen aan de slotkapel de Wittenberg en begon de reformatie. Rond 1550 kwam de reformatie in Hedel. Een zekere Cornelis Waelraven uit Diest hield hagenpreken. Dit zijn preken die in het open veld werden gehouden.
Hij verkondigde een “schandelijk en ketterlijke leer”. De naam, Hageland te Hedel is uit die tijd ontstaan. Kennelijk de plaats waar de hagenpreken werden gehouden. De oude St. Willibrorduskerk ging over naar de protestanten. De pastoor, genaamd Cornelis van Noort, ging mee over en verkondigde de “nieuwe leer”.
De Heer van Hedel, Graaf Willem van Berg, was aanvankelijk de “nieuwe leer” toegedaan en hield de pastoor in functie ondanks dat Margaretha van Parma ( Hof van Spanje te Brussel) bij hem erop aandrong om “den stokebrand van zoveel onheil” te verwijderen. Graaf Willem gaf in een brief aan dat hij de pastoor had weggezonden maar onder strenge vermaningen weer had teruggenomen omdat er niemand anders was.
De graven Bergh hadden het collatierecht. Dit wil zeggen “het recht om geestelijken te benoemen”. Als zodanig kon hij de pastoor handhaven.
De oude kerk is vermoedelijk in 1590 ingestort of afgebrand. Het koor en dwarspand zijn tussen 1640-1644 herbouwd.
Schuilkerk
Rond het jaar 1680 werd een schuurtje bij de windmolen op de Molendijk ingericht als kapel. Dit werd blijkbaar oogluikend toegestaan, omdat er toen officieel geen roomse godsdienstoefeningen gehouden mochten worden. De eerste pastoor, na de reformatie was Gerardus Huberts. Deze situatie heeft ongeveer een eeuw lang geduurd.
In 1802 kocht de toenmalige pastoor Joës Mulders, het kasteel Hedel met bijgebouwen. Het slot werd voor afbraak verkocht. De bijgebouwen, de Neerhuizing, werden ingericht tot kerk en pastorie. De restanten van de zijgevel van de kerk zijn nog aanwezig als afscheiding van het kerkhof.
Nieuwe Kerk
Op 8 juni 1876 volgde pastoor W. A. van Doorn, pastoor Johannes Verberne op. Onmiddellijk dacht hij aan de bouw van een kerk, want op 20 september van datzelfde jaar werd besloten "tot het bouwen eenen nieuwen kerk met toren en eene nieuwe pastorie". Het ontwerp hiervoor werd opgedragen aan architect H. C. Dobbe.
Pastoor W.A. van Doorn begon al spoedig aan de bouw van een nieuwe kerk en pastorie, uit eigen middelen. De fraaie neo-gotische heeft slechts 65 jaar dienst mogen doen.
De te bouwen kerk zou binnen de door de wet bepaalde afstand (“200 ellen”) van de Protestantse kerk komen te staan. (lengte El is 69,4 cm) Op 2 mei 1878 vond de eerste steenlegging plaats en ruim een jaar later, 10 juni 1879, wordt de nieuwe kerk en pastorie in gebruik genomen.
Verwoesting in de 2e wereldoorlog
De ruim 65 jaar oude St. Willibrorduskerk heeft het oorlogsgeweld niet overleefd. Op 1 januari 1945 had het gebouw al veel te lijden van een bombardement. De toren brandde uit. Veel torens van kerken moesten het ontgelden omdat deze door de Duitsers werden gebruik als waarnemingspost. Tot mei 1945 zijn honderden granaten afgeschoten vanaf de overzijde van de Maas, die op de kerk terecht zijn gekomen. Een groot gedeelte van het dorp en de mooie kerk bleef slechts een trieste puinhoop over. Ook de bijgebouwen van het v.m. kasteel, de vroegere kerk en pastorie, werden vernield.
Na de capitulatie, toen de meeste parochianen nog overal buiten Hedel verspreid waren, werden godsdienstoefeningen gehouden in de boerderij van Fam. De Grouw aan de Drielseweg. Deze diensten werden geleid door pater Symfrorius.
Het was een zware opgave, waarvoor de op 11 juni 1945 de nieuw benoemde pastoor A.de Bondt, kwam te staan. Het was een intens trieste aanblik, om het door honderden granaten getroffen kerkgebouw te zien.
De pastorie moest weer bewoonbaar verklaard worden, dit werd echter tegen gehouden door “De wederopbouw” in Tiel, maar werd na protesten ingetrokken. Het liep allemaal niet van een leien dakje, want alle benodigde materialen, moesten stukje bij beetje overal vandaan worden gehaald, maar het uiteindelijke resultaat was een bewoonbare pastorie.
Intussen vond de afbraak plaats van de oude kerk. De toren bleef nog staan, als oorlogsmonument. In 1947 werd ook deze afgebroken. De funderingen bleven zitten met de bedoeling daar later de nieuwe kerk op te bouwen. Zover was het nog lang niet.
Noodkerk
Ondertussen werd er hard gewerkt aan een Noodkerk. Dit was een lange lijdensweg, voordat in november 1945 de eerste diensten gehouden konden worden. Het was een schamel houten gebouwtje, een barak van 6 bij 15 meter, met 50 stoelen en 8 kinderbankjes. Het stond aan de Koningin Wilhelminastraat, waar nu het oorlogsmonument is.
Het was aanvankelijk de bedoeling om de noodkerk te bouwen op de grond van het voormalige parochiehuis aan de Korenstraat. Dit werd geweigerd en moest worden geplaatst aan de Hondsnest. Hier bleef verzet tegen en kwam uiteindelijk op het terrein waar nu het huidige monument wordt gerestaureerd. Op 18 november 1945 vond de plechtige installatie van pastoor De Bondt plaats.
Herbouw Kerk
De herbouw van de kerk zou plaats vinden op de fundamenten van oude kerk. “De wederopbouw” in Tiel dacht er anders over. In het nieuwe dorpsplan was de kerk gepland voor de pastorie, over de gracht heen met de toren op de weg. De weg zou worden verlegd. De pastoor verzette zich hier tegen, de kerk moest op de oude plaats komen. Hij werd hierin gesteund door de toenmalige burgemeester Roseboom. In augustus 1946, kwam de toestemming om te bouwen op de aanwezige fundamenten. Architect De Bever kon met een ontwerp starten voor een nieuw gebouw.
Het zou nog anderhalf jaar duren voordat de aanbesteding plaats zou vinden. Op 5 april 1948 werd de bouw gegund aan Gebr. Van Heeswijk in Best. De problemen waren echter nog niet voorbij. De voorbouw mocht om financiële redenen niet opgericht worden.
Woensdag 7 juli 1948 werd een bijzondere dag, de eerste steen voor de kerk kon gelegd worden, na een heilige mis, in aanwezigheid van vele notabelen.
Op woensdag 23 mei 1949 werd Mgr. Mutsaerts op feestelijke wijze ingehaald. Het hele dorp was versierd met erebogen en vlaggen. De bisschop wijdde de nieuwe klokken in. Een klok Willibrordus Joseph Donatus van 500 kg en Maria van 300 kg.
De volgende dag vond de kerkconsecratie plaats. Het Mariabeeld en enkele uit hout gesneden figuren van de preekstoel herinneren nog aan de oude kerk.
Expositie vanaf 1 november
Vanaf 1 november 2014 is er tentoonstelling te zien over de geschiedenis van kerk in het museum te Hedel.
- 06 - 23 65 88 53 (alleen tijdens openingsuren)
- info@historischmuseumhedel.nl
- www.historischmuseumhedel.nl
- Historisch Museum Hedel
Voorstraat 2
5321 GH Hedel - Openingstijden:
maandag van 19.00 - 22.00 uur
zaterdag van 14.00 - 17.00 uur
Stichting Hedels Historie