Kerstboodschap Mgr. De Korte
Traditiegetrouw heeft Mgr. de Korte, bisschop van Den Bosch, aan het eind van het jaarlijkse kerstconcert van Van Lanschot in de Sint-Jan zijn kerstboodschap uitgesproken. Hij bracht daarbij een ode aan de hoffelijkheid.
‘Kerstmis is in onze huidige cultuur vooral een gezins- en familiefeest geworden. Een feest van geborgenheid, van geschenken geven en geschenken ontvangen. Een feest van goed eten en drinken. Dat alles heeft zijn waarde, maar het heeft niet veel te maken met de christelijke inhoud van het Kerstfeest,’ begon de Korte. Hij wees op kern, namelijk dat God ons onvoorwaardelijk bemint.
‘Wij leven in een snelle, digitale wereld vol communicatiemogelijkheden. Snelle communicatie met mensen over de hele wereld is mogelijk. Maar digitale communicatie is vaak anoniem. Niet zelden leidt dat tot een verruwing van omgangsvormen.’ De Korte noemde een deel van het internet een open riool, met dagelijks een stroom aan vuilspuiterij.
‘Er zijn in ons vaderland vandaag de dag veel boze burgers. Mensen die, in een snel veranderende wereld, het gevoel hebben niet gezien en gehoord te worden, aldus de Korte. ‘Verlies van perspectief heeft bij hen niet zelden geleid tot cynisme. Niet weinigen schieten in een slachtofferrol. En er zijn genoeg zondebokken te vinden om de onvrede op af te reageren. Vaak wordt er meer op de persoon dan op de bal gespeeld. Niet argumenteren maar schelden is dan het parool.’
‘Schelden, het respectloos benaderen van mensen, is naar mijn overtuiging, niet onschuldig. Het heeft een negatieve invloed op het morele weefsel van de samenleving. Steeds fellere standpunten kunnen op den duur de samenleving ontwrichten. Maar dat is natuurlijk geen natuurverschijnsel dat wij maar moeten accepteren. Mensen kunnen ook voor andere omgangsvormen kiezen.’
Hoffelijkheid daarentegen heeft volgens de Korte alles te maken met voorzichtigheid, respect en wellevendheid. ‘Wie een ander schendt, schendt daarmee de Schepper. Juist dat besef kan mensen aanzetten tot hoffelijkheid. Binnen de katholieke gemeenschap bestaat vrijheid en ruimte voor verschillende vormen van geloofsbeleving. Als Christus ons met ons licht én donker heeft aanvaard, wie zijn wij dan dat wij elkaar niet van harte aanvaarden. Hoffelijkheid veronderstelt dienstbaarheid en nederigheid. Juist met het Kerstfeest vieren wij dat God zich in Christus klein en kwetsbaar heeft gemaakt. In Christus toont God zich als de nederige dienaar bij uitstek.’
Is het ook mogelijk om in een harde wereld vol onrecht hoffelijk te blijven, of is hoffelijkheid dan te soft? De Korte refereerde aan de oecumene-lezing die ds. Rikko Voorberg in januari in de Grote Kerk hield met een voorbeeld van de creatieve kracht van woede: ‘Tijdens de vluchtelingencrisis van 2015 werd ergens in Nederland een huis van vluchtelingen bekogeld met verfbommen. De woede en verontwaardiging over dit gebeuren leidde via de sociale media tot een spontane actie: het inzamelen van geld voor bloemen voor de vluchtelingen. De volgende dag werd bij het huis van de vluchtelingen voor 800 euro bloemen bezorgd. Een zee van bloemen als antwoord op de verfbommen. Woede en verontwaardiging werden omgezet in een ludiek en menslievend handelen.’