Preek of buut???
Het is maart 2014. In politiek Nederland is nogal wat te doen over ‘de zorg’. Verzorgingshuizen worden gesloten, de familie moet bijspringen in de zorg en de zorgkosten rijzen de pan uit. In de evangelielezing in het weekend van Carnaval (Mattheus 6, 24 – 34) heeft Jezus het ook over ‘zorgen’. Voor emeritus-pastor van Bronkhorst was dat aanleiding om in plaats van een gedegen preek een buut te houden over de ‘zorg’. In de Carnavalsviering in Ammerzoden viel dat heel goed in de smaak. Daarom willen we u deze ‘buut’ niet onthouden.
Het is pas een paar weken geleden dat Prins Carnaval en zijn adjedant zich nogal zorgen maakten over de verzorging van de zielzorg met Vastenaovend. Het baarde hen zorg dat die zorgtrekkers uit het verzorgingsgebied van De Bommelerwaard niet wisten of er een kraamverzorgster was ingehuurd om ervoor te zorgen dat de pasgeboren Carnavalskrant zorgvuldig bezorgd zou worden bij hen die in zorgwekkende toestand in het verzorgingshuis waren opgenomen en aldaar, vanuit hun zorg, zich geen zorgen maakten voor de dag van morgen. De zorgverzekering had intussen laten weten dat het voor hen een voorwerp van zorg was dat er zorg besteed zou worden aan het uitspreken van bezorgdheid voor hen die bezorgd zijn om op tijd voor het eten te zorgen. De prins dacht: ‘dat zal me een zorg zijn!’, de adjedant zei: ‘wie dan leeft, die dan zorgt’ en de geestelijk verzorger, die erbij gehaald was, sprak: ‘dat is iets van later zorg’.
Toen kwamen ineens de zieken- en bejaardenverzorgster op de proppen samen met de kinder-verzorgster, de interieurverzorgster, de bloemenverzorgster en de dierenverzorgster. Zij wilden in onze verzorgingsstaat de zorg wel op zich nemen voor allen die in deze zorgmaatschappij niet hoeven te zorgen voor geld, baby’s of kinderen. De zorgwet regelt immers wel dat alle mensen in zorgcentra er verzorgd uitzien door het inzetten van mensen met verzorgende beroepen. Die mensen gaan zorgvol en zorgzaam om met allen die in de zorgen zitten en daarom is er geen reden tot bezorgdheid, want iedereen kan goed voor zichzelf zorgen. Dat neemt niet weg dat mensen die een zorgeloos leven leiden toch vastzitten aan allerlei vormen van zorg: tand- en mond-verzorging, voet- en lichaams-verzorging, gezichtszorg, nagelzorg, haarverzorging en handverzorging.
Maar goed dat er in de zorgsector zoveel mensen zijn om gestalte te geven aan de zorgvoorziening. Zij zorgen ervoor dat de meeste mensen geen zorg kennen en dat ze een zorgeloos leven kunnen leiden dankzij jeugdzorg, gezinszorg, buurtzorg, thuiszorg, kraamzorg, zieken- en ouderen-zorg. En wat voor zorgen maken we ons nog meer?
En als we alles gehad hebben, zeggen we: dank voor al uw goede zorgen!
Maar tegelijk vragen we: ‘Is er nog nazorg?’
Die Jezus van Nazareth zei het niet voor niets: “Maak je geen zorgen voor de dag van morgen. Die zorgt wel voor zichzelf! Elke dag heeft genoeg aan zijn eigen zorg!”
Daarom Prins en adjedant en alle Carnavalvierders: vergeet een paar dagen alle zorgen, zorg voor een goede sfeer… en blijf oe eige, blijf wie ge bent! Alaaf!
B.v.Bronkhorst ofm., Hedel